Velomediane Criquiélion 2019
Velomediane Criquiélion 2019
Vrijdagochtend en een mooi weekend staat voor de deur. Morgen rijd ik immers de Velomediane Criquiélion in de Belgische Ardennen. Ik weet echter ook dat het zeer waarschijnlijk vanaf het begin volle bank koers is en dan maar zien hoe lang ik het vol houd. Deze cyclosportive is eigenlijk iets meer geschikt voor hardrijders die goed kunnen klimmen, dan voor klimmers die hard kunnen rijden. Zelf moet ik het meer hebben van de langere beklimmingen. Niettemin heb ik er zin in. Rond acht uur staat Stefan voor de deur die Henk Lammerts al heeft opgepikt. Respect gaat uit naar Henk die na een zeer moeilijke periode weer meedoet aan dit soort ondernemingen. En onderweg zijn we. Het voordeel van deze cyclo is dat de reisafstand te doen is en je dus een dag van te voren prima die kant op. Dat kan bij een Alpen-Marmotte in theorie ook wel, maar dan kun je een goede wedstrijd verder wel vergeten. Immers van een autoreis worden je fietsbenen niet bepaald beter.
We bleken als eerste aan te komen bij het vakantiepark op zo’n zes kilometer van de finish. Ideaal voor de volgende ochtend dus. Inchecken bleek op zijn Belgisch te gaan, zullen we maar zeggen. Met twee recepties één bovenaan de heuvel en één onderaan. Aangezien mijn Frans nog niet eens beroerd te noemen is (ik spreek geen woord Frans) begrijp ik er niet veel van. Nou ja, we krijgen de sleutel dan toch mee en we kunnen onze intrek nemen in de huisjes. Helaas blijken er twee dames te moeten afzien van deelname, vooral vervelend voor hun, omdat ze moeten afzeggen vanwege een blessure. Maar goed, toch nog altijd zestien deelnemers vanuit CSG. Allemaal met redelijk strak gespannen gezichten: wat brengt de dag van morgen?
In ieder geval hitte. En dat vindt niet iedereen even fijn. Ik geniet daar wel van; ik kan slecht tegen koude in combinatie met neerslag. Dus bij iedere cyclo houd ik angstvallig de weersverwachting in de gaten. Gelukkig verzorgt Eppe ons tijdens de cyclo, dus dat scheelt in ieder geval een keer bidons vullen bij een verzorgingspunt. Dat is maar goed ook, want twee posten voor zo’n afstand met de voorspelde hitte lijkt niet genoeg. Ook op dat gebied, lees ‘de verzorging tijdens de cyclo’, zijn we in België. Net zoals de organisatie nog steeds niet de moeite neemt om enkele Dixies te plaatsen bij de start. Onbegrijpelijk omdat iedereen zenuwachtig is en graag op het laatst nog even wat kwijt wil.
Hoe dan ook, vrijdagmiddag een kort ritje, daarna lekker eten en een beetje met de groep mijmeren wat er morgen gaat gebeuren. Helaas sta ik zelf niet meer in het eerste startvak, omdat ik de afgelopen twee jaar niet mee heb gedaan. Begrijpelijk vanuit organisatorisch standpunt, maar voor mij betekent dit een achtervolgingsrace. Daarom sta ik extra vroeg op en zorg dat ik als een van de eersten in het tweede startvak sta. Een aantal CSG’ers staan wel in het eerste startvak. Jerry is daar een van maar die zou weinig plezier beleven aan deze wedstrijd aangezien hij al, hoewel ik hem niet heb staan met mijn oogkleppen op om maar zo snel mogelijk naar voren te komen, na vier kilometer aan de kant staat met een klapband. Eric staat ook verdiend in het eerste startvak. Hij maakt onderweg indruk! Dirk staat ook in startvak 1. Dirk had in de Vogezen grote indruk op mij gemaakt en het was niet verwonderlijk dat hij zich vrij lang in de eerste groep kon handhaven.
De start was wat chaotisch, de eerst kilometers waren vrij smal en de eerste klim was een andere dan vooraf gepland door de organisatie, er waren blijkbaar werkzaamheden op de klim waar normaal gesproken als eerst naar toe gereden wordt. Dit betekende dat het lang duurde voordat de groep uit elkaar viel en dat vond ik niet prettig, aangezien ik niet bepaald een peletonfietser ben.
De achtervolging op de eerste groep was zwaar, eigenlijk deed ik te gek maar ja je zit vol adrenaline enz. enz. Na zo’n vijfentwintig kilometer volgde een wat langere gelijkmatige klim. Een trainingsmaatje van Kenny Nijssen, die de volgende dag de Pyreneen Marmotte zou winnnen, kwam voorbij en ik dacht ‘nu moet ik mee’ en samen maakten we de oversteek naar de eerste groep. Toen we aansloten wist ik eigenlijk al dat dit veel te gek was gegaan. Hoewel ik even kon herstellen werd ik er onherroepelijk afgereden op de Mur de Velomediane. Mede omdat dit een smalle weg is en ik bijna achteraan begon. Hans bleek, erg knap van hem, nog voor mij te fietsen en op deze muur pikte ik bij hem aan. Inmiddels waren mijn bidons aan het leeg raken en dat kwam mooi uit, want Eppe stond niet veel verder op. Omdat Eppe nog niet helemaal hersteld was van zijn zware val kon hij niet Hans en mij gelijktijdig verzorgen, dus moest Hans even van de fiets en dat kost toch energie om weer terug te komen. Met nieuwe bidons (ik had er trouwens drie aangepakt omdat ik dacht ik het met vijf bidons moest kunnen reden wat ook zo bleek) ging de koers verder. Wat werd er hard gefietst! Hans moest de rol helaas lossen en zelf zat er ik inmiddels ook aardig doorheen. Herstellen lukte niet echt goed meer en op de klimmetjes kon ik het verschil ook niet meer maken. Vlak voor de laatste klim reden we door een dorpje en zag ik dat het nog net geen twaalf uur was en dat het inmiddels 33 graden was. Zo voelde dat voor mij niet, maar later begreep ik van de andere CSG’ers dat ze het echt heel warm hadden gehad en velen bleken met kramp rond te fietsen. Poeh, respect daarvoor! Ik dacht dat een tijd onder de vijf uur er misschien nog wel in zou zitten. Dat was toch een beetje het streven geweest, hoewel dat van te voren lastig in te schatten is. De laatste klim is er één in trapjes en je komt bijna op dezelfde hoogte uit, hoewel een stuk westelijker gelegen, als van de Baraque de Fraiture. Dat is nagenoeg het hoogste punt van België. Met hangen en wurgen kwam ik boven. Het ging niet bepaald vanzelf meer...
Verschil, althans voor mij, met een cyclo als de Marmotte is dat hier echt gekoerst wordt waardoor op een gegeven moment de benen niet meer willen. In de Marmotte is je conditie veel meer bepalend en niet zo zeer je de pijn in je benen. De finish ligt in het dal, dus eigenlijk eindigt de cyclo, althans qua zwaarte, op een kleine tien kilometer van de meet. In het dorpje is het nog flink draaien en keren. Dat vind ik erg link; zeker toen ik hoorde dat de winnaar in een sprint met twee werd bepaald. Nou ja mijn streeftijd bleek ik gehaald te hebben. Dirk kwam enkele minuten na mij binnen evenals Hans. Zeer knappe prestaties! Alle CSG’ers, behalve Jerry vanwege zijn onfortuinlijke lekke band, bleken goed gereden te hebben. Al had een aantal als ze geen kramp hadden gekregen zeker weten nog beter hadden kunnen doen.
Op het pleintje bij de finish even bijgekomen en daarna lekker rustig teruggefietst naar het huisje. Bas maakte een heerlijke maaltijd die er wel in ging bij een ieder. Daarna een beetje natafelen en constateren dat het seizoen er nu toch wel een beetje op zat. Kortom plannen maken voor volgend jaar.
Omdat we de huisjes gehuurd hadden tot maandagochtend konden we zondagochtend nog een tochtje maken. Bas en Jerry bleven nog wat langer om wat klimmetjes van hun bucketlist af te kunnen strepen. Anouk ging rechtstreeks door voor haar vakantie en met de rest maakten we nog een lusje. Poeh, wat bleken de benen zwaar zeg. Normaal gesproken kom je er dan wel doorheen, maar vandaag lukte dat niet. Eenmaal terug nog even lekker douchen en daarna richting Grunn. Iedereen vond het een geslaagd weekend en de afspraak voor volgend jaar staat al vast. Er is een cottage geboekt en je kan je al weer opgeven. Op naar de Velomediane Criquiélion 2020.
Reacties
Log in om de reacties te lezen en te plaatsen